s
Johannes-Passion BWV 245
Reinoud Van Mechelen tenor – evangelist
Krezimir Strazanac bas- Christus
Philipp Kaven bas – Pilatus
Marie Luise Werneburg sopraan
Alex Potter contratenor
Guy Cutting tenor
Peter Kooij bas
Collegium Vocale Gent
Philippe Herreweghe dirigent
Bachs Johannes-Passion werd voor het eerst uitgevoerd tijdens de vespers van Goede Vrijdag in 1724. Nauwelijks een jaar eerder was hij in Leipzig aangesteld als Thomascantor. Met zijn eerste passie-oratorium volgde hij de nog jonge traditie van zijn voorganger Johann Kuhnau, maar de emotionele schok die zijn verklanking van Christus’ lijden en dood moet hebben teweeggebracht, was ongetwijfeld zonder voorgaande. Volgens Filip Spitta, Bachs eerste biograaf, had deze passie niet dezelfde “uitzonderlijke graad van perfectie” als de Matthäus-Passion. Daarom bleef de componist sleutelen aan het werk. Maar ook al voegde hij koren en aria’s toe en liet hij andere weg, Bach ging steeds uit van de voor hem essentiële evangelietekst waarvan hij het dramatisch potentieel overtuigend en tot de laatste lettergreep in geniale muziek wist te vatten.